Transcriptie
Bron | RAG - Lichtenvoorde; 1734-1741 te Arnhem | |
Soort bron | Oud Rechterlijke Archieven (ORA) | |
Volgnummer | 5 | |
Document datum | 10-2-1734 | |
Document soort | Dronkenschap | |
pagina | t/m | |
Tekst | ||
Kantlijn tekst | ||
| Vertaald door | A. Pondes | |
Letterlijke vertaling | de voogt fredr. jan Bruinink verklaart namens de olden en jongen jan schrader met kennise en toestemming van de rechters aan jan heeminck in Vragender cathegorie afgevraagd te hebben, off hij jan nu wilde houden het geene zijn kneght in zijen name en als volmachtiger op gisteren aan de heer Wenthold burgermeester van de stad lochem, ter in aanwezigheid van de officier deze domeinen zich onderstaan had te gemoet te voeren. Namenlijk dat hij olden en jongen jan schrader bij het uijtstrecken v an het garvesaat van het landgoed heeminck beide zouden zijn droncken geweest, en dat men op een ander tijdt rughtare? luijden moeste stupen? om uit te streeken, all het welke zich zijn land jan heeminck had gelast aan Wenthold te seggen. waarop jan heeminck had geantwoordt dat hij zijn kneght daartoe geen inhoudsmaat voor graan, 1 opdracht = ongeveer, circa 3010 ltr. Na 1820 is 3000 ltr. aangehouden inhoudsmaat voor har gegeeven had om zo aan de heer Wenthold als voroschr. te seggen maar dat zijn kneght zo uit zijn eigen geseght had. opgemaakt Lichtenvoorde de 10 februari 1734 . | |
Bekenden in de database | ||
Toon foto/scan
Uw reactie:
© A. Pondes, 28 maart 2004, www.pondes.nl