Bron

Geschiedenisfeit: Cholera
Bron: http://www.gemeentearchief.rotterdam.nl/content/index.php?option=com_content&task=view&id=705&Itemid=317
Plaats: Rotterdam
Jaar: 1853

Http: http://www.gemeentearchief.rotterdam.nl/content/index.php?option=com_content&task=view&id=705&Itemid=317

Nadere informatie: Toen: 'Ongezond wonen in Rotterdam' Dit keer in de rubriek 'Toen': epidemieën in Rotterdam, naar aanleiding van de massale inentingscampagne tegen de Mexicaanse griep. In de negentiende en begin twintigste eeuw waren er vele gevreesde besmettelijke ziekten die Rotterdam teisterden. Pokkeninvasies waren er vooral in het midden, maar ook aan het eind van de negentiende en begin twintigste eeuw. Toen was het overigens helemaal ongezond om in Rotterdam te wonen. Tussen 1893 en 1913 liep de Rotterdammer met enige regelmaat de kans om getroffen te worden door difterie, roodvonk, tyfus, pokken en cholera. Al deze ziekten veroorzaakten tientallen doden. Van de 364 patiënten die in 1908 wegens roodvonk in het Coolsingelziekenhuis werden verpleegd, overleden er ruim 50. Maar de ziekte in de negentiende eeuw die de meeste doden op haar geweten had, was de cholera. De epidemieën van 1832 en van 1853 (die pas in 1856 afnam) waren samen met die van 1866 en 1867, en van 1892 en 1893 de meest heftige. De cholera was in 1848 aanleiding tot de bouw van het Coolsingelziekenhuis. Tot die tijd werden patiënten in noodbarakken ondergebracht. Het duurde tot omstreeks 1860 voordat het verband werd gezien tussen vuil drinkwater en de cholera. Het waterproject van W.H. Rose is er het resultaat van. De uitbraak van de laatste cholera-epidemie vond in Rotterdam plaats, en wel in 1909. Ook nu was het drinken van vervuild Maaswater door een zeeman de aanleiding. De eerste slachtoffers waren vier kinderen uit één gezin. Hun dood werd aanvankelijk toegeschreven aan het eten van vergiftigd snoepgoed. Opeenvolgende epidemieën in de twintigste eeuw waren de roodvonk in 1917, de Spaanse griep in 1918 en de vlektyfus in 1919. De laatste gaf overigens aanleiding tot de oprichting van de Gemeentelijke Geneeskundige- en Gezondheidsdienst. De Spaanse griep was echter de ziekte die de meeste slachtoffers eiste. Wereldwijd waren er meer slachtoffers - circa 20 miljoen - dan in de hele Eerste Wereldoorlog bij elkaar. De Spaanse griep bracht ontreddering, ontregelde de voedselvoorziening en legde de economie stil. Ze verspreidde zich met ongekende snelheid, en ze was, omdat er geen vaccin was, dodelijk. Toen in slechts een week tijd 14 mensen in Rotterdam overleden, nam de stad maatregelen en sloot de meeste scholen. In november 1918 bereikte het aantal overledenen in Rotterdam het maximum met 498 sterfgevallen. Hoogtepunt was de eerste week van december met 95 meestal jonge slachtoffers. Eind december begon de griep af te nemen en kwam het aantal sterfgevallen voor december op 334. In totaal overleden in Rotterdam tussen augustus 1918 en maart 1919 2416 mensen. In de rubriek 'Toen' op de Rotterdampagina van De Telegraag wordt iedere week aan de hand van de actualiteit teruggegrepen op vroeger. Dat gebeurt in samenwerking met het Gemeentearchief Rotterdam.


Google