Nadere informatie

www.pondes.nl

Nadere info 1:

Pagina	DCP_2064
Bron: 4
Titel	Eigen onderzoek
Auteur	A. Pondes
Publicatie
Notitie
Notitie 830887747	TRANSCRIPTIE @ www.pondes.nl: Veneris den 20 maij 1746. Erschenen Derck Henr. Huijninck en geeft over aan dit weEde. gerighte reqte. van Citatie cum nota insiuationis op den 5 deses maants tegens Cornelis Doppen geeffectueert en ten dien specialen eijnde voornamentlijk ingereghte, om agtervolgens den stipten terreur van sekere compromissoriale sententie tussen den compnt en meede erfgenamen van wijlen sijn broeder Jan Huijninck ter eenre en Cornelis Doppen ter anderen zijde op den 30. augusti 1745. door de Drar. J.H.M. van Basten geprocumtieert, voor desen welede. gerighte te komen en te sien en horen affleggen sekeren eedt aan den comparant bij gemelte sententie geinjungeert om tot purifecatie van dien afgelegt te hebben worden, en om dan ook selfs in persoon voor dit welede. gerighte afteleggen den eedt als aan hem Cornelis Doppen bij opgelte. sententie is opgelegt, en volgens de bewoordingen bij die sententie in sine te vinden, daarop uijt komende, dat hij Cornelis Doppen met eede sal hebben uijtte sweren dat de laaste neegeren posten op den inventaris gespecificeert onder de benaminge: den inventarisant heeft aan desen boedel te goede als volght, alle te samen in een ijder in het bijsonder uijt oorsaken als aldaar uijtgedrukt hem deugdelijk sijn competerende en data hij daarvan gene restitutie off voldoeninge, het sij in gelde ofte in de waardije van dien in’t geheel off ten dele bij ’t leven van Jan Huijninck wederom bekomen en ontfangen heeft. en vermits tot het afleggen van die gesententieerde eeden bij conventie van parthijen en om redenen als uijt het geprothocolleerde van den laast voorgaanden gerightsdagh is getermineert en vastgestelt soo presentie den compnt voorschr. compromisseriale sententie en vervolgens den inventaris door Cornelis Doppen op den 30 maart 1745 getekent en aan desen compnt voor hem selfs en sijne mede erfgenamen door twe mannen ’t huijs gesonden van welke twe instrumenten die sententie alnuw sal moeten gebruijk gemaakt worden om daar nae eerst den compnt en dan casu quo den den gedaagde den respectieven eedt in forma landt reghtens off te nemen, versoekende over sulx dat eerst die sententie en dan gemelten inventaris in presentie van parthijen in judicio mooge worden gelesen, en een ijden vermaant van sijnen plight die hij als een reght christen mensch in sal te betraghten hebben, presenterende den comparant, om sijnen sijts alles uijt te weren wat de sententie te sijnen opsighte vermelt, onder protestatie dat den gedaaghde compareert althans off niet den comparant des niet te min sall doen en voornemen wat nae de omstandigheden in desen voor te vallen sal oordelen reghtens te sijn en dat hij compnt sigh bij allen eventuelen voorvallen van afleggingen off geen affleggingen des eedes off hoe dese hier gerequireerde eedes leijstinge van den gedaagde ook sall uijtvallen, sigh wel uijtdruckelijk wil hebben gereserveert, sijn reght in allen gevallen tegens den gedaagde waar over den compnt sijn verclaringe nader sal uijtbrengen als het panct (pandt?) wegens de eedes leijstinge in desen sal sijn gedaan. Zijnde hier op de sententie en den inventaris neffens het vorige gedicteerde aan parthijen voorgelesen, weke daar op seijde verclaarde den eedt te sullen doen. Waarop aan Derck Hendrick Huijninck de straffe des maineeds voorgehouden zijnde heeft den selven met solemneken eede uijtgesworen dat Jan Huijninck hondert guldens wegens eene erfenisse van Hardewick Teunissen staander ehe met Geesken te Hulsevoort aangekomen en door hem D.H. Huijninck aan den selven overgetelt sijn, soo waar Godt Almagtig helpe. Waarop gecompareert Cornelis Doppen aan dewelken Cornelis Doppen de straffe van maineedts wel distinctelijk voorgehouden sijnde. Heeft denselven mede met solemnelen uijtgesworen. Namentlijk als volgens de sententie en inventaris dat hij waarlijk en waeragtigh aan desen boedel te goede en verscheen heeft. 1730. Jan Huijninck rest aan den inventarisate wegens drie aghter een volgende jaeren gepaghte hoijgront van het Boekelaar jaarlijx ad drie guld. drie str. dus - / 9-9-: Twe jaeren paght van het vagevuur jaarlijx 1-10-:-3-:-: Een boom aan Jan Huijnink vercoght daarvoor belooft te sullen geven ---- 10 -:-: Twe varkens voor den selven gecogt daarvoor betaat –9-:-: Aan Jan Huijninck geleent 3 ducatons ------9-9-: Aan den selven vercogt voor drie gulden schelholt---3-:-: Nogh aan denselven gelangt 20-:-: 1734 Huijninck geleend 30-:-: 1735 Nogh op sijn siek bedde aan hem gelangt –25-:-: Dit alles in den boedel off aan wijlen Jan Huijninck te goede off verschoten sonder dat daarvan eenen doit restitutie gekregen of ontfangen heeft volgens de sententie soo waaraghtig als het Godt Almaghtight helpt.